VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Geldmarktfondsen staan niet te boek als de meest spectaculaire hoek van de markt, maar populair zijn ze wel. Wat trekt beleggers aan in deze fondsen, voor wie kunnen ze nuttig zijn en wat zijn de risico’s?

Sparen blijkt voor Nederlanders onweerstaanbaar aantrekkelijk. Het is veilig, overzichtelijk en gemakkelijk. Tegelijk biedt het ook nog aanleiding tot een veel beoefende hobby: klagen. 

Want is de spaarrente die banken bieden niet veel te laag? En waarom verlagen de banken de spaarrentes snel als centrale banken de marktrente verlagen, maar worden verhogingen van de marktrente veel later en maar deels doorgevoerd in de spaartarieven? 

Er is een groep beleggingen die een deel van die kritiekpunten wegneemt: geldmarktfondsen. Ze zijn minder risicovol dan aandelen en volgen de marktrente directer dan spaarrentes bij banken, die structureel achterblijven. 

Onder institutionele beleggers zijn geldmarktfondsen ongekend populair. Grote partijen zoals pensioenfondsen, banken, overheden en multinationals zijn aangewezen op de geldmarkt om hun gigantische kastegoeden tijdelijk te stallen. Persbureau Bloomberg meldde eind 2023 dat het wereldwijd beheerd vermogen in geldmarktfondsen een bedrag van ruim 9.000 miljard dollar had bereikt. Inmiddels is dat bedrag volgens het Investment Company Institute doorgegroeid naar een nieuw record van 12.750 miljard dollar eind 2025. Ondanks de dalende rente in zowel de VS als Europa blijft de instroom groot. De omvang van de onderliggende geldmarkt is eveneens aanzienlijk: in de eurozone alleen al was de dagelijkse omzet eind 2024 volgens de ECB gemiddeld 1.800 miljard euro.

What’s in a name
Zoals vaker in de financiële wereld is de naam ‘geldmarktfondsen’ enigszins misleidend. De geldmarkt is namelijk de markt voor kortlopende schuldpapieren, zoals staatsobligaties die binnen korte tijd aflopen. De rente op deze instrumenten beweegt sterk mee met de beleidsrente van de centrale bank en wordt weerspiegeld in de geldmarktrente.

Het gaat dus nadrukkelijk niet om potjes met contant geld, zoals bij spaartegoeden. De bescherming die voor spaarders geldt, is hier niet van toepassing. In Europa vallen spaarrekeningen onder het depositogarantiestelsel: per bank met een vergunning is tot 100.000 euro per rekeninghouder in principe beschermd. In Nederland zorgt De Nederlandsche Bank (DNB) ervoor dat spaarders bij een bankfaillissement hun geld doorgaans snel terugkrijgen. Wie meer spaargeld heeft, kan dit spreiden over meerdere banken om die bescherming te vergroten.

Garanties zoals op spaartegoed ontbreken bij geldmarktfondsen. Toch is het risico van de geldmarkt – bijvoorbeeld bij kortlopende Duitse staatsobligaties – zeer laag. Geldmarktfondsen behoren tot de meest defensieve beleggingen die er zijn. Volledig risicoloos zijn ze echter niet. In uitzonderlijke marktomstandigheden kan de verhandelbaarheid van beursgenoteerde geldmarktfondsen afnemen, wat zich vertaalt in een grotere spread tussen bied- en laatkoers.

Een andere uitzonderlijke situatie deed zich enkele jaren geleden voor, toen de beleidsrente van centrale banken negatief werd. Dat had directe gevolgen voor het rendement van geldmarktfondsen. Daarnaast spelen de gebruikelijke risico’s van financiële instrumenten, zoals krediet- en tegenpartijrisico, al zijn die doorgaans beperkt. De onderliggende kortlopende obligaties gelden als zeer veilig, maar wanneer een uitgevende partij in gebreke blijft, raakt dat ook de waarde van het fonds. Tegenpartijrisico ontstaat vooral wanneer fondsen via derivaten proberen extra rendement te behalen. Als een van de betrokken partijen dan in de problemen komt, kan dat eveneens gevolgen hebben voor het fonds.

Voor wie interessant?
Het rendement op geldmarktfondsen ligt met ongeveer 1,9 procent iets hoger dan de rente op de meeste gangbare, vrij opneembare spaarrekeningen, al is het verschil beperkt. Spaardeposito’s bieden al snel een hoger rendement. Daarmee zijn geldmarktfondsen vooral interessant voor beleggers die hun geld snel beschikbaar willen houden. Opvallend is dat het rendement over het afgelopen jaar iets hoger ligt dan de huidige geldmarktrente. Dat komt doordat de ECB-beleidsrente een jaar geleden nog duidelijk hoger was: in januari 2025 bedroeg deze 2,9 procent.

Ten opzichte van deposito’s kennen geldmarktfondsen fiscaal een zeer sterk nadeel. Dat zit in box 3. De fiscus beschouwt geldmarktfondsen als beleggingen en belast voor 2026 een fictief rendement van 6 procent (boven een van belasting vrijgestelde drempel van bijna 60 duizend euro). Dat ligt ver boven het rendement van geldmarktfondsen. In combinatie met een heffing van 36 procent kunnen de fondsen in box 3 zelfs verlies opleveren. Deposito’s worden tegen een veel lager fictief rendement afgerekend. 

Te veel betaalde belasting kan in principe worden teruggevraagd via de tegenbewijsregeling, maar dat vergt aanzienlijke administratieve inspanningen. Bovendien is teruggaaf niet altijd mogelijk, bijvoorbeeld wanneer andere beleggingen in de portefeuille, zoals aandelen, beter presteren dan het fictieve rendement dat de Belastingdienst hanteert.

De fiscus kijkt naar de situatie op 1 januari als peildatum voor de vermogensbepaling en treedt op tegen constructies waarbij beleggingsvermogen rond die datum tijdelijk wordt omgezet in spaargeld om minder belasting te betalen. Buiten deze periode, gedurende het kalenderjaar, kunnen deze fondsen aantrekkelijk zijn om tijdelijk overtollige middelen te parkeren.

Ook voor zakelijke beleggers kunnen geldmarktfondsen soelaas bieden. De alternatieven in de vorm van zakelijke spaarrekeningen zijn beperkt en bieden vaak een lagere rente, voor zover financiële instellingen zakelijke klanten al toelaten. Daarnaast kan een zakelijke structuur fiscaal voordelig zijn, aangezien het vermogen anders wordt belast dan in box 3. Verenigingen, bv’s en stichtingen kunnen zo een tijdelijk overtollig saldo efficiënt en zonder extra risico laten renderen. 


VEB-lidmaatschap
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap